Het ontstaan
Met een zwarte school wordt in Nederland een lagere of middelbare school bedoeld, waarvan een groot deel van de leerlingen allochtoon is. Met een witte school wordt in Nederland een lagere of middelbare school bedoeld, waarvan een groot deel van de leerlingen autochtoon is. Bij een gemengde school is de verdeling 50/50.
Het ontstaan van zwarte en witte scholen is begonnen toen Nederland zijn grenzen openzette voor buitenlanders, deze zochten hier hun toevlucht voor hun problemen. Een groot gedeelte van de allochtonen was niet voorbereid op de Nederlandse samenleving. Ze hadden een grote achterstand op het gebied van taal en onderwijs en daardoor ook een sociale achterstand. Deze achterstand bemoeilijkte het krijgen van een baan en er kwam veel discriminatie tegen deze mensen. Hierdoor werd het voor deze mensen moeilijk een normaal leven te lijden. Door al deze achterstanden had een deel van deze etnische minderheden het zo moeilijk dat ze overstapten op criminaliteit. Diefstal was hier het voornaamste van. Door deze overstap naar criminaliteit werd de discriminatie op deze groepen mensen alleen maar groter, in feite werd de voorgaande discriminatie in de realiteit gebracht doordat de vooroordelen over deze groepen nu ook werkelijkheid werden.
Doordat deze mensen moeilijk aan banen komen hebben ze weinig geld en wonen ze vaak in kleine huizen in slechte wijken. Na verloop van tijd werden dit volledige allochtonen wijken. Autochtonen voelden zich niet meer thuis in deze wijken en gingen er dan ook niet meer wonen. Dit om de rede dat mensen bang waren of dat ze zich er niet thuis voelden. Een gevolg hierop was dat er in sommige druk bewoonde steden volledig gescheiden wijken ontstonden. En door het grote aantal allochtonen en het geringe aantal autochtonen werd het aantal autochtone kinderen op de plaatselijke basisscholen ook steeds kleiner. Omdat alle mensen in de omgeving allochtoon zijn werden dus ook de leraren op die scholen allochtoon. Op de ze manier werden de scholen langzamerhand “verallochtoond”. Door deze ‘scheiding’ ging ook de manier van lesgeven verschillen, dit was natuurlijk niet de bedoeling. De zwarte scholen paste hun onderwijs methodes zo aan dat ze in hun eigen cultuur zouden passen, dit ging voor het grootste gedeelte om godsdienstige lesvormen en de onderwijstaal. Dit vond men in Nederland niet acceptabel want dit zou de integratie van de etnische minderheden met de Nederlandse bevolking verslechteren. Toen de gescheiden scholen er eenmaal waren was het erg moeilijk om er weer gemixte scholen van te maken omdat veel mensen uit de allochtone wijken waren vertrokken.
Het ontstaan van zwarte en witte scholen is begonnen toen Nederland zijn grenzen openzette voor buitenlanders, deze zochten hier hun toevlucht voor hun problemen. Een groot gedeelte van de allochtonen was niet voorbereid op de Nederlandse samenleving. Ze hadden een grote achterstand op het gebied van taal en onderwijs en daardoor ook een sociale achterstand. Deze achterstand bemoeilijkte het krijgen van een baan en er kwam veel discriminatie tegen deze mensen. Hierdoor werd het voor deze mensen moeilijk een normaal leven te lijden. Door al deze achterstanden had een deel van deze etnische minderheden het zo moeilijk dat ze overstapten op criminaliteit. Diefstal was hier het voornaamste van. Door deze overstap naar criminaliteit werd de discriminatie op deze groepen mensen alleen maar groter, in feite werd de voorgaande discriminatie in de realiteit gebracht doordat de vooroordelen over deze groepen nu ook werkelijkheid werden.
Doordat deze mensen moeilijk aan banen komen hebben ze weinig geld en wonen ze vaak in kleine huizen in slechte wijken. Na verloop van tijd werden dit volledige allochtonen wijken. Autochtonen voelden zich niet meer thuis in deze wijken en gingen er dan ook niet meer wonen. Dit om de rede dat mensen bang waren of dat ze zich er niet thuis voelden. Een gevolg hierop was dat er in sommige druk bewoonde steden volledig gescheiden wijken ontstonden. En door het grote aantal allochtonen en het geringe aantal autochtonen werd het aantal autochtone kinderen op de plaatselijke basisscholen ook steeds kleiner. Omdat alle mensen in de omgeving allochtoon zijn werden dus ook de leraren op die scholen allochtoon. Op de ze manier werden de scholen langzamerhand “verallochtoond”. Door deze ‘scheiding’ ging ook de manier van lesgeven verschillen, dit was natuurlijk niet de bedoeling. De zwarte scholen paste hun onderwijs methodes zo aan dat ze in hun eigen cultuur zouden passen, dit ging voor het grootste gedeelte om godsdienstige lesvormen en de onderwijstaal. Dit vond men in Nederland niet acceptabel want dit zou de integratie van de etnische minderheden met de Nederlandse bevolking verslechteren. Toen de gescheiden scholen er eenmaal waren was het erg moeilijk om er weer gemixte scholen van te maken omdat veel mensen uit de allochtone wijken waren vertrokken.